1. Introductie
Het project New-C-Land: de basisprincipes.
Meer dan ooit wordt de bio-economie gezien als een manier om de klimaatdoelstellingen van Europa te behalen en de afhankelijkheid van fossiele brandstoffen te verminderen. De biogebaseerde economie is een onderdeel van de bio-economie en maakt gebruik van plantaardige grondstoffen die uitsluitend worden gebruikt voor materialen en energie - niet voor voedsel of veevoer. Aangezien deze economie sterk groeit, neemt ook de vraag naar plantaardige grondstoffen sterk toe.
De biogebaseerde sector wordt geconfronteerd met de principes van "duurzaam landgebruik" - d.w.z. de biogebaseerde economie mag geen bedreiging vormen voor de productie van voeding- en voedergewassen. In dezelfde geest van duurzaamheid moet de voorkeur worden gegeven aan lokale productie boven transport over lange afstanden. De markt van de biogebaseerde producten is nog in ontwikkeling. Daardoor worden nieuwe initiatieven vaak belemmerd door een gebrek aan communicatie tussen producenten en eindgebruikers van biomassa en/of door een gebrek aan visie ter zake (kennis van beschikbare oppervlakten, technische kennis van valorisatietechnologieën, ...). Grensoverschrijdende uitwisselingen van kennis en technologie tussen de verschillende actoren die betrokken zijn bij de productie en valorisatie van biomassa in geografisch vergelijkbare gebieden zijn dan ook van cruciaal belang om de ontwikkeling van deze strategische en innovatieve biogebaseerde sector te ondersteunen.
Het project New-C-Land heeft tot doel gebieden aan te wijzen waar plantaardige biomassa kan worden geteeld, en bedrijven samen te brengen om deze lokale hulpbronnen te gebruiken voor de productie van energie en biogebaseerde materialen. Sinds vier jaar ligt de nadruk op ongebruikte of braakliggende terreinen die niet geschikt zijn voor landbouw of bewoning, de zogenaamde "marginale gronden".
Dit compendium vat de belangrijkste resultaten van het project samen en geeft praktische adviezen voor de
identificatie en de aanleg van marginale gronden en het gebruik van plantaardige biomassa van deze gronden
in de biogebaseerde economie. De ervaringen opgebouwd in de projectregio
Marginale gronden als bron van waardevolle plantaardige biomassa
Welke biomassa kozen we voor New-C-Land?
Er werd specifiek gekozen voor biomassa voor niet-voedingsdoeleinden. Het gaat om één- en meerjarige gewassen zoals wilg, els, populier, miscanthus, hennep en grassen.
Wat is een marginale grond?
Een marginale grond is een gebied met beperkingen voor de productie van voedsel- en voedergewassen of de ontwikkeling van vastgoedprojecten. Het gebied kan worden gebruikt voor de productie van biomassa voor energie en materialen.
Zodra de grond een nieuwe invulling heeft gekregen, kan de productie van biomassa een economische en ecologische kans zijn voor de beheerder en de eindgebruiker van de aangeplante biomassa. De grond wordt op die manier een grond met potentieel voor biomassaproductie.
Biomassa als basis voor de biogebaseerde economie
De biogebaseerde economie richt zich op de vervanging van fossiele grondstoffen door hernieuwbare biomassa. De toepassingen zijn talrijk en omvatten chemicaliën, textiel, farmaceutica, materialen en energie. Het is echter noodzakelijk om de biomassa slim te gebruiken, zodat de grondstoffen hun maximale waarde behouden en dus zo waardevol mogelijk worden ingezet (vanuit een economisch en/of ecologisch standpunt).
Binnen New-C-Land hebben de partners zich ingezet om zoveel mogelijk waarde uit de biomassa te halen. Ze hebben de volgende concrete belangensectoren geformuleerd:
- Bioraffinage1
- Ecologisch bouwen en productie van biomaterialen
- Textiel
- Beheer van groene ruimten, land- en tuinbouwgebieden
- Bio-energie
1. De bioraffinage heeft tot doel een grondstof (biomassa) te scheiden in verschillende fracties. Elke fractie kan op een andere manier worden verwerkt om de biomassa ten volle te benutten.
Waarom investeren in marginale gronden en biomassa?
De landbouwgrond die nodig is om voedsel te produceren is kostbaar. Door te investeren in de teelt van biomassa voor niet-voedingsdoeleinden op marginale gronden wordt de concurrentie met deze landbouwgrond uitgesloten. Het gebruik van biomassa van marginale gronden levert de regio waar deze wordt geteeld dus tal van sociaaleconomische en milieuvoordelen op.
De valorisatie van marginale gronden door het aanplanten van biomassa voor niet-voedingsdoeleinden heeft volgende voordelen: Grotere autonomie ten opzichte van de afhankelijkheid van fossiele grondstoffen voor energie en grondstoffen voor materialen.
- Een bron van inkomsten en nieuwe banen voor lokale bedrijven.
- Hulp bij de naleving van de milieuverplichtingen, met name voor waterwingebieden en bufferstroken.
- CO2-opslag, aangezien de gewassen CO2 opslaan boven en onder de bodem en de bodemkwaliteit helpen handhaven.
- Een bijdrage aan het welzijn van de omwonenden dankzij een groenere omgeving.
- Een beperking van het transport en dus van de kosten en de uitstoot van broeikasgassen.
- Marginale gronden die tijdelijk braak liggen kunnen ook worden gevaloriseerd door de aanplanting van eenjarige niet-voedingsgewassen.
- De teelt van planten op verontreinigde bodems maakt fytoremediatie mogelijk. Dit is een techniek waarbij planten en aanverwante micro-organismen worden gebruikt om verontreinigende stoffen in de bodem op te vangen, vast te houden, te verwijderen, om te zetten en/of af te breken. Op die manier kan de kwaliteit van de grond verbeterd worden.